Het landbouwsysteem waar de protesterende boeren zo aan blijven hangen, kost jaarlijks 1100 boerenbedrijven. Maar slechts één uitweg kan die kaalslag ombuigen én de natuur redden. Dat is een landbouwvisie die zich niets aantrekt van de eisen van de protesterende boeren.
Er gloort licht boven het landbouwakkoord, dat dus in feite niet bestaat. De tunnel was lang en donker. Al vier jaar houdt de stikstofcrisis ons land op slot. Den Haag liet zich gijzelen door boeren op trekkers. Met een minister van Landbouw voorop, die de macht in handen legde van LTO Nederland met de woorden: “Zonder LTO geen landbouwakkoord”.
Eerst even iets over LTO Nederland. Het is een misvatting dat deze club de belangen behartigt van alle Nederlandse boeren en tuinders. De achterban van LTO bestaat slechts uit groeiende, intensieve boerenbedrijven. ‘De blijvers’ heten die in vakjargon. Boeren voor wie grootschaligheid niet het ultieme doel is, worden weggezet als Ot-en-Sien-boeren. Boeren die werken mét de natuur in plaats van ertegen te strijden, worden door LTO vakkundig gemarginaliseerd. Net als door boerenpartijen als het CDA en nu de BBB.
Dít is de kern van het probleem in de landbouw. Het stikstofoverschot is slechts een detail. Dat is één gevolg van een veelomvattend milieuprobleem wat wel degelijk voor het belangrijkste deel op conto van de landbouw komt. Zoals ook het probleem met fosfaat. En met de waterkwaliteit, het waterpeil, de teloorgang van insecten, stank, fijnstof, de dreiging van veeziekten, het aanzien van het platteland, dierenwelzijn en erosie die overstromingen tot gevolg heeft.
Ja, het is een hele opsomming, maar het meest verwonderlijke facet van het huidige landbouwsysteem komt nog: Dit zijn allemaal gevolgen van een voortschrijdende industrialisering van de landbouw die gepaard gaat met schaalvergroting. Economie en politiek willen dat de opbrengstprijzen voor de landbouw schandalig laag zijn. Om consumenten tegemoet te komen, moeten boeren inleveren. Hun producten mogen vooral niet te duur zijn en de supermarkt wordt toegestaan schandalige winsten te maken over de rug van de boeren.
Boeren worden aan alle kanten uitgeknepen. Om toch geld te verdienen, moeten ze bezuinigen. Dat betekent: grotere stallen en meer land met grotere trekkers. Dat levert immers meer opbrengst per geïnvesteerde euro. Maar omdat de hoeveelheid grond en productiemogelijkheden in ons landje nu eenmaal beperkt zijn, moeten er boeren stoppen. Dat zijn er elk jaar bijna 1100.
Begrijpt u het nog? Jawel, Mark van den Oever van FDF roept op tot een felle strijd voor het behoud van de status quo die elk jaar 1100 boeren hun bestaan ontzegt. Zelf hoort hij daar niet bij. Hij redt het wel met zijn duizend varkens en zijn 85 hectare landbouwgrond.
De grote profiteur van dit beleid is dus niet de boer, maar de grootschalige industriële agrariër. En vooral de bedrijven die profiteren van de kredietverlening aan de boeren, de leveranciers van dure gewasbeschermingsmiddelen, kunstmest, machines en stallen en de afnemers van de landbouwproducten die de boeren nooit echt een redelijke prijs betalen.
Deze allesoverheersende agribusiness heeft ook de ‘boervriendelijke’ boerenpartijen als CDA en BBB in haar greep, alsmede LTO Nederland. De belangenbehartigers zeggen immers op te komen voor de boeren, in werkelijkheid komen ze in eerste instantie op voor de veestapel. Als er boeren moeten stoppen omdat ze de schuld bij de bank niet meer kunnen inlossen vanwege de lage opbrengstprijzen, dan zijn er zelden protesten. Maar nu er aan de veestapel getornd dreigt te worden, loopt de LTO-voorzitter boos weg uit de onderhandelingen.
En nu ligt er niets. Maar vanuit deze diepste duisternis zien we eindelijk het sprankje licht dat er altijd al was. Want tijdens het debat is het V-woord gevallen. Het woord waar premier Rutte zo vies van is: Visie. Tijdens het debat werd geroepen om een langetermijnvisie voor de landbouw, Piet Adema heeft toegezegd daar eind september mee te komen.
Een langjarige visie kan echter alleen opgebouwd worden rond het kernwoord: perspectief. Er moet perspectief komen voor zowel landbouw als natuur. Voor zowel boeren, als milieu.
Perspectief voor de natuur betekent: een forse krimp van de veestapel. Perspectief voor de boer betekent: bestaansrecht. Met minder dieren, een beter inkomen. En dat kan.
Dat kan met een compleet ander landbouwsysteem. Met regeneratieve landbouw, waar gewerkt wordt, samen met de natuur, in plaats van daartegen. Voedselbossen bijvoorbeeld. Daarvoor moet veel veranderen. Héél veel. Om samen met de natuur te werken, is kleinschaligheid vereist. Maar er is veel landbouwgrond. Zeker om te beginnen bij de huidige natuurgebieden. Er zijn dus méér boeren nodig. Kleinschalige boeren.
Zij moeten de kans krijgen te investeren in tijd. Want per hectare kunnen zij minstens zo veel oogsten als de huidige intensieve veehouders, maar het duurt jaren, zo niet decennia, voor een voedselproducerend ecosysteem volledig in balans is en voldoende volgroeid om een topproductie te behalen.
De boer moet drastisch veranderen. Maar ook de consument. Hij zal een ander voedingspatroon moeten volgen. Met minder vlees, misschien zelfs met minder aardappelen en granen. Want die laten zich nog niet zo eenvoudig verbouwen in een regeneratief systeem. We moeten inleveren, maar: we hoeven zeker niet in te leveren op gezondheid.
Om zo’n klein boerenbedrijf rond te zetten, is een eerlijke opbrengstprijs van het grootste belang. Ja, voedsel wordt duurder, wat betekent dat de overheid eindelijk ook eens een eerlijke inkomenspolitiek moet gaan voeren.
De boer, de consument, de politiek, de economie, alles moet veranderen. En degene die het echt gaat voelen, is de allesomvattende, internationaal gerichte en kapitaal slurpende agribusiness.
Het zal niet gemakkelijk worden. Maar dat werd ook niet gevraagd. De vraag is: een visie met perspectief. Als Nederland een dergelijke systeemverandering aan zou pakken als een Deltaplan, ‘niet omdat het gemakkelijk is, maar juist omdat het moeilijk is’, dan is er een mooie toekomst weggelegd voor ons platteland.
En wie denkt dat het onhaalbaar is: sla de NRC van 30 juni er maar op na. ‘Het voedselbos is de landbouw van de toekomst’, kopt die krant, daags na het landbouwdebat.
© Marc van der Sterren
1 gedachte over “Hoera! Er gloort wel degelijk perspectief voor boeren én natuur!”